Het boek schetst ons een beeld van een samenleving waar gereisd werd, waar medische verzorging bestond, waar land gewonnen werd, waar rechtspraak bestond, landbouw en veeteelt bloeiden, mannen en vrouwen in kloosters samenwoonden en waar men zich in geestelijk opzicht vooral bezighield met het leven na de dood.
De inspirerende gesprekken over ht concept van het boek en de tentoonstelling, met als uitgangspunt de kroniek van abt Emo van Huizinge, hebben geleid tot een verbreding van het onderwerp.